Hoe werkt Apeldoorn werkt mee?

Op deze site staan veel werkplekken waar je jezelf kunt ontwikkelen. De werkplekken sluiten op elkaar aan. Zo kun je gemakkelijk doorleren en verdere stappen zetten op weg naar werk. Je kunt werkplekken op verschillende manieren vinden, door te zoeken op:

• een naam of woord in het vak 'Zoek specifiek',
• het soort werk,
• de afstand tot jouw huisadres,
• de ontwikkelmogelijkheden die een werkplek heeft,
• de opleiding die een werkplek aanbiedt.

Je kunt ook meerdere zoekopties tegelijk selecteren. Hieronder vind je een toelichting op de verschillende keuzemogelijkheden.

Soort werk
Administratie
Je zit op een kantoor en werkt met de computer. Je voert gegevens in, je controleert informatie of je beantwoordt vragen. Vaak neem je ook de telefoon aan of ontvang je bezoekers. Je bent nauwkeurig en vindt het fijn om met andere mensen samen te werken. Werken in de administratie kan bij heel veel verschillende organisaties.

Detailhandel
Je werkt in een winkel als winkelassistent of verkoopmedewerker. Je helpt klanten en geeft antwoord op hun vragen. Je bedient de kassa of pakt de verkochte artikelen in. Je houdt de winkel netjes en vult de voorraad aan, zodat de klanten altijd zien wat er te koop is. Er zijn heel veel winkels met verschillende artikelen en producten. Je kunt dus kiezen in wat voor soort winkel je het liefste wilt werken.

Facilitaire dienstverlening
Als medewerker facilitaire dienst zorg je ervoor dat andere mensen zich prettig voelen in het gebouw. Je houdt je samen met collega’s bezig met het huishouden van een organisatie. Dit betekent dat je bijvoorbeeld helpt bij het schoonmaken en het onderhouden van kantoren en gebouwen, bussen of materialen. Maar ook bij het beheren van de voorraden.

Groen en natuur
Je werkt graag met je handen en je hebt groene vingers. Je vindt het leuk om in de buitenlucht te werken. Je zorgt ervoor dat tuinen, parken of bossen er goed uit zien. Je werkt met gereedschappen en soms met machines. Het kan ook zijn dat je met dieren werkt. Je verzorgt de dieren, en houdt hun verblijf schoon en netjes. Je werkt bijvoorbeeld op een kinderboerderij, bij een manege of een asiel.

Horeca
Je werkt in een hotel, café of (bedrijfs)restaurant. Je ontvangt en bedient de gasten en neemt de bestellingen op. Het kan zijn dat je de bestellingen in de keuken klaarmaakt of zorgt voor de koffie en thee. Ook opruimen, de vaatwasser in-/ uitruimen en schoonmaken kunnen onderdeel zijn van je werk. Het is heel afwisselend en je werkt altijd samen met collega’s.

ICT en multimedia
In de ICT werk je met de computer. Je voert gegevens in of helpt mensen die een computerprobleem hebben. Het kan ook zijn dat je het computersysteem van een organisatie onderhoudt. Bij multimedia ben je creatief en werk je met grafische computerprogramma’s. Daarmee maak je bijvoorbeeld een website, advertentie, poster of filmpje. Soms kopieer je oude beeld- of geluidsopnamen van bijvoorbeeld video naar dvd. Elke organisatie heeft te maken met ICT, dus er is veel keuze.

Jobcoaching
Je vindt het lastig om zelf stappen te zetten in je ontwikkeling. Dan kun je jezelf aanmelden voor coaching. Een coach ondersteunt je bij het zoeken van een werkplek die past bij jouw ontwikkeling. Ook begeleidt de coach je op je werkplek zolang dat nodig is en denkt met je mee over mogelijke opleidingen. Zo is een coach een extra steuntje in de rug.

Logistiek en vervoer
Vaak werk je in een magazijn. Je zorgt er samen met anderen voor dat goederen verplaatst worden van plek A naar plek B. Zo snel en zo goed mogelijk. Je ontvangt goederen, controleert ze en slaat ze op. Je verzamelt de goederen en maakt ze verzendklaar. Het kan zijn dat je met een heftruck of een sorteersysteem werkt of meegaat tijdens het transport. Je werkt bij bedrijven gericht op verkoop en/ of transport.

Sport, cultuur en ambacht
Als je werkt in de sport help je de sportinstructeur met het organiseren van allerlei sportactiviteiten. Ook ondersteun je mensen om te bewegen. Bij cultuur kun je denken aan meewerken aan een theaterproductie. Theater spelen, decors of kostuums maken of helpen tijdens de voorstelling. Maar ook zelf muziek of kunst maken. Creativiteit is belangrijk. Bij ambacht maak of restaureer je een product. Je kunt zorgvuldig werken en bent creatief. Denk bijvoorbeeld aan meubelmaken, sieraden maken of keramiek.

Techniek, bouw en industrie
Je helpt bij het monteren, samenvoegen, produceren, installeren, bouwen of repareren van producten, apparaten of gebouwen. Je vindt het prettig om met je handen te werken en je bent goed in techniek. Je bent zorgvuldig. Je werkt vaak samen met anderen. Mogelijke werkgevers zijn bouwbedrijven en productiebedrijven.

Toezicht en beheer
Je houdt een bedrijf of een terrein in de gaten. Je loopt rond om te kijken of alles goed gaat. Als het nodig is, spreek je mensen op een kalme manier aan. Als er iets gebeurt wat je niet vertrouwt, waarschuw je de politie. Denk aan beveiliger, verkeersregelaar of beheerder fietsenstalling. Het kan ook zijn dat je conciërge bent. Je houdt toezicht, zorgt dat alles netjes blijft en voert kleine reparaties uit.

Zorg en welzijn
Je helpt mensen die dat nodig hebben, zoals ouderen, kleine kinderen, zieken en mensen met een beperking. Je begeleidt ze bij huishoudelijke taken of hun dagelijkse verzorging. Ook geef je hen persoonlijke aandacht. Je werkt veel samen met collega’s. Omdat je in je werk te maken hebt met mensen, is elke dag weer anders. Meestal werk je bij een zorgorganisatie.

Wat zijn de mogelijkheden?

Meedoen
Je loopt mee op de werkvloer. Je komt in een werkritme en went eraan om op een bepaalde tijd te beginnen en een aantal uur achter elkaar bezig te zijn. Je ervaart hoe het is om onderdeel te zijn van een team. Onder begeleiding voer je activiteiten en werkzaamheden uit in je eigen tempo. Zo lever je een bijdrage.

Onbetaald werk
Je ervaart hoe het gaat op de werkvloer. Je leert zelfstandig te werken en hebt eigen taken en verantwoordelijkheden. Je merkt hoe je het beste met collega's om kunt gaan. Je leert op te komen voor jezelf. Ook voel je of je onder (tijds)druk rustig blijft en of je het makkelijk vindt om opeens iets anders te moeten doen. Het kan zijn dat je ontwikkelt in een specifiek vak en daarvoor een opleiding volgt. Je werkt dan onder begeleiding van een vakkracht. Hij of zij leert je de werkvaardigheden die bij het vak horen. Je maakt afspraken over je aanwezigheid en werkzaamheden.

Op weg naar betaald werk
Je hebt veel geleerd en je weet dat je toe bent aan een betaalde baan. Je hebt nog een duwtje nodig om die stap echt te durven zetten. Je kijkt waar je staat, wat je vervolgstap is en welke werkplek daarbij past. Je overlegt over de mogelijkheden.